Interview met ‘Jan Braai’ (Jan Scannell):
‘Braaidag
moet net zo groot worden als Koningsdag’
24 september is in Zuid-Afrika een
nationale feestdag. Op Erfenisdag wordt de schat aan culturele tradities van de
‘Regenboognatie’ gevierd. Maar de dag staat inmiddels ook bekend als ‘Nasionale
Braaidag’. Dat is te danken aan aartsbisschop Tutu. En aan de man die alle
Zuid-Afrikanen rond de BBQ wil verenigen: Jan Braai.
‘Dé
Zuid-Afrikaan bestaat niet’, verklaart Jan Scannell alias ‘Jan Braai’. ‘De
bevolking van Zuid-Afrika is heel divers, met elf officiële talen en een enorme
kloof tussen arm en rijk. Ook geografisch zijn er grote verschillen. En dan is
er natuurlijk de erfenis van apartheid. Daarom heeft ons land nasiebouprojekte nodig die een gevoel
van saamhorigheid creëren. De meeste Zuid-Afrikanen zijn opgegroeid in een tijd
toen het gewoon was dat je níet van je land hield. Onder de apartheid wás je
niet trots op de landsvlag, het volkslied of het nationale team. Inmiddels
hebben we nieuwe nationale symbolen die meer representatief zijn voor de
bevolking als geheel. Maar nog steeds ontbreekt het mensen aan nationale trots.
Neem de vlag. Een prachtige vlag, symbool van het nieuwe, democratische
Zuid-Afrika. Toch bestaat er nog steeds geen cultuur van trots op de vlag zoals
je die wel ziet in de Verenigde Staten, Australië of Frankrijk. Ik weet dat daar
in Nederland, met zijn tradities van liberalisme en individualisme, anders over
wordt gedacht. En ik bedoel ook niet dat iedereen overal maar hetzelfde over moet
denken. Maar volgens mij zou het goed zijn als er iets was wat álle
Zuid-Afrikanen met elkaar verbindt. Net als de kerstborrel op je werk, die ene dag
in het jaar waarop iedereen samen feestviert. Zo ben ik op het idee gekomen
voor een nieuw feest. Een feest dat zich niet op één specifieke plek afspeelt.
Waar in Zuid-Afrika of de wereld je ook bent: je hoeft alleen maar een vuur aan
te steken om mee te doen en dat gevoel van erbij horen te ervaren.’
Waarom heb je gekozen voor Erfenisdag?
‘Erfenisdag
is een van de nieuwe openbare vakantiedagen die zijn ingesteld na de eerste
democratische verkiezingen van 1994. In Zuid-Afrika heb je dagen die
vakantiedagen gebleven zijn, zoals Kerstmis en Pasen, je hebt vakantiedagen die
verdwenen zijn, en dan heb je vakantiedagen die erbij zijn gekomen. Het idee achter
Erfenisdag was niet alleen om de diversiteit van de culturele erfenis van alle
bevolkingsgroepen te vieren, maar ook om een nieuwe, gemeenschappelijke
traditie te vestigen. Maar die hebben we natuurlijk al: alle Zuid-Afrikanen
houden van braai! Dat geldt niet
alleen voor de Afrikaners, maar bijvoorbeeld ook voor de Xhosa op het
platteland van de Oostkaap. Daarom is Erfenisdag het ideale moment om iedereen
rond het braaivuur bij elkaar te brengen!’
Hoe heeft het project zich ontwikkeld?
Toen ik in
2005 begon, was ik een eenvoudige boekhouder. Het personage ‘Jan Braai’ bestond
nog niet. Nooit gedacht dat ik nog eens een kookboek zou schrijven of mijn
eigen tv-show zou krijgen. Het enige wat ik wilde, was een dag creëren waarop
iedereen samen feestvierde. De eerste jaren deed ik het naast mijn werk, maar vanaf
2007 ben ik me volledig op dit project gaan richten. Ik ging me verdiepen in
marketing en ik heb bij allerlei mensen mijn licht opgestoken. Ik was vooral
geïnteresseerd in sociale mediacampagnes. Hoe kun je een heel volk overreden om
in de auto een veiligheidsgordel te dragen? En hoe kun je 50 miljoen Zuid-Afrikanen
anders laten kijken naar 24 september?’
Was dat niet een beetje hoogmoedig?
Ach, ik was
nog jong, 25 jaar oud. Mijn familie en vrienden dachten natuurlijk dat ik gek
was. En als ik terugkijk, hebben ze waarschijnlijk gelijk gehad. Maar getwijfeld
heb ik nooit.
Ik
realiseerde me dat de campagne een ‘gezicht’ nodig had, iemand die het
merendeel van die 50 miljoen mensen zou aanspreken. Dan kom je al snel bij
aartsbisschop Tutu terecht, en hij was meteen enthousiast. Iedereen denkt nu
dat hij de term ‘Nasionale Braaidag’ heeft verzonnen, maar in werkelijkheid komt
die van mij af. In augustus 2007 hebben we de campagne samen aan de media
gepresenteerd en van toen af is alles heel snel gegaan. In 2008 en 2009 was
Tutu ook nog bij de campagne betrokken. In 2010, toen hij 80 werd, is hij
officieel met pensioen gegaan. Maar hij zal altijd beschermheer van Nasionale
Braaidag blijven, want je gaat nooit met pensioen als braaier.
Uit
marktonderzoek blijkt dat 43% van het Zuid-Afrikaanse publiek in 2015 wel eens
van Nasionale Braaidag gehoord had. We hebben het grootste bereik in de
Afrikaanstalige gemeenschap. Dat komt natuurlijk doordat ik inmiddels mijn
eigen reisprogramma heb op de Afrikaanstalige televisie. Met ruim 60% is ons
marktaandeel in de West-Kaap het grootst. In Gauteng kent ruim 40% van het
publiek ons, en in de Vrystaat ruim 50%. In KwaZulu-Natal bereiken we ongeveer
25% van de mensen. Zo’n verdeling heeft natuurlijk ook met welvaart te maken. Natiebouw
is een luxe als je niet weet of je kinderen morgen wel te eten hebben.
In je televisieprogramma overheerst toch nog
het beeld van de Afrikaner cultuur…
In 2011 zijn
we voor het eerst het land in getrokken. Dat idee is geïnspireerd op de campagnes
voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen, zoals je dat nu ook weer ziet bij Clinton
en Trump. Wij zijn langs de Westkust naar het noorden gereden, dwars door het land
via Johannesburg naar Mapungubwe in het noordoosten en vandaar door de
Drakensberge naar de zuidkust. In Kwazulu-Natal zijn we gestopt bij het huis
van Albert Luthuli in KwaDukuza en in de Oost-Kaap hebben we Qunu bezocht, waar
Nelson Mandela is opgegroeid. Maar je moet bedenken dat het programma op een
Afrikaanstalig kanaal wordt uitgezonden, wat betekent dat er richtlijnen zijn hoeveel
Engels je mag praten. Zonder de camera’s erbij ontmoeten we mensen uit allerlei
verschillende bevolkingsgroepen en iedereen is even vriendelijk. Maar het doel
van het programma is niet om zo veel mogelijk mensen aan het woord te laten. We
willen vooral de mooiste plekjes van het land laten zien.
Critici beweren dat al die aandacht voor iets
zo frivools als braaien afleidt van de meer ernstige doelstellingen van
Erfenisdag en dat het mensen misschien zelfs een excuus biedt om zich te
onttrekken aan het proces van natiebouw.
Ik kan me
die kritiek goed voorstellen. Maar wie wil er op een vakantiedag nou in een donker
zaaltje over allerlei moeilijke onderwerpen zitten praten? Het is maar een
kleine groep die daarin geïnteresseerd is. Je moet iets vinden waar ook de
massa graag aan wíl deelnemen. En je hebt gelijk, de meeste Zuid-Afrikanen
braaien in de beslotenheid van hun eigen tuin, de één in een township, de ander
in een buitenwijk. Maar ooit zullen hun kinderen elkaar tegenkomen en ontdekken
dat hun families al jarenlang precies hetzelfde doen, en hopelijk zullen zij
dan de kloof overbruggen.
Erfenisdag gaat
ook over het delen of uitwisselen van
cultureel erfgoed. Er wordt vanuit de overheid veel nadruk gelegd op horizontaal delen – delen tussen
cultuurgroepen. Maar wat ik ook belangrijk vind, is verticaal delen – leren van de oudere mensen uit je eigen groep. En
jij moet jouw kennis overdragen aan de generaties die na jou komen. Waar kun je
beide vormen van delen nou beter doen dan rond het braaivuur?
Inmiddels kent iedereen je als Jan Braai.
Het kan me
eigenlijk helemaal niet schelen hóe je braait, of dat je het vlees laat
aanbranden. Hoewel, liever niet. Maar ik kreeg steeds meer vragen die helemaal
niet over nasiebou gingen, maar over
hoe je de perfecte steak bakt. Eerlijk gezegd had ik helemaal niet zoveel
verstand van braaien. Maar om geloofwaardig over nasiebou te kunnen praten, moest ik daar een antwoord op vinden.
Dus ben ik opnieuw de boeken in gedoken en heb ik allerlei kookcursussen
gevolgd. Daarnaast heb ik veel geleerd van mijn reizen door Zuid-Afrika en de
wereld.
De gouden
tip? Maak een groot vuur en wacht tot het uitbrandt en je een lekker bed smeulende
kolen overhoudt. Vervolgens moet je die kolen als een gewone hittebron
beschouwen. Je past dezelfde regels toe die in een gewone keuken ook gelden. Gooi
je steak dus niet op de vlammen. Als je dat in de keuken zou doen, verbrandt je
vlees toch ook? We hebben een eeuwenoude traditie van eten bereiden, we hebben
zelfs Michelinsterren! Ik ben ervan overtuigd dat we hetzelfde niveau op de
braai kunnen bereiken.
Die Braaidag van jou doet me een beetje
denken aan Koningsdag in Nederland…
‘Vrienden
uit Amsterdam hebben me al een paar keer uitgenodigd om te komen braaien op wat
toen nog Koninginnedag heette, nu Koningsdag. Koningsdag is een van de internationale
voorbeelden die me steeds voor ogen hebben gestaan. Die volk wat mal gaan… Georganiseerde chaos. Iedereen buiten. Iedereen
gelukkig. En anders dan bij een voetbalwedstrijd weet je al bij voorbaat dat het
leuk wordt, zelfs al regent het. Zoals bij jullie alles oranje kleurt, zo moet
hier iedereen – op straat, in parken, in woonwijken – rond het vuur staan. Waar
je ook komt, moet je het vlees kunnen ruiken en moet je een beetje rook zien. Ons doen nie eintlik verbrande rubber nie
– behalve als we boos zijn.’
Het
KykNET-programma Jan Braai vir Erfenis is
in West-Europa te zien via ShowMax, de video-on-demanddienst voor
Afrikaanstalige films, documentaires en televisieseries. Ga voor meer
informatie en een gratis proefabonnement naar www.showmax.com. Jans kookboek Braai
is inmiddels ook in het Nederlands verschenen (Baarn: Marmer, 200 pag., fc,
geïll., ISBN 9789460682988, € 19,95).